download pdf

Deel zes van de reeks ‘Colour Matter’-presentaties, zoals die de afgelopen seizoenen regelmatig in K09 zijn geprogrammeerd.

Voor deel 6 werden wederom kunstenaars uit Groningen en van elders uitgenodigd met twee werken deel te nemen aan CM. Het geheel is een mix van kunstenaars uit verschillende generaties en biedt een overzicht van manieren waarop de niet-verhalende beeldende kunst in kleur, vorm, materiaal en werkwijze gestalte krijgt.

Deze aflevering van de ‘Colour Matter’-exposities gaat voornamelijk over schilderkunst; over kleur, handeling en gereduceerde vorm in verf op doek.

 

Kleur is het leidende element in het werk van bijvoorbeeld Martha Scheeren.

Met transparante lagen worden vrijwel monochrome schilderijen geconcipieerd met een zinderende uitstraling.

 

Ook in het werk van Michael Berkhemer, Fabian Westphal en Wim Biewenga zijn kleur en kleurstellingen een belangrijk beeldend middel. Bij deze kunstenaars speelt daarnaast vorm binnen- of van het werk een rol. Gereduceerde vormen op basis van een constructie vooraf (zoals bij Berkhemer), op basis van een ‘gevonden’ vorm (Westphal) of een intuïtief en zoekend proces van vereenvoudiging, zoals bij Biewenga. Veelal bij alledrie is dit een combinatie van formele en informele benaderingen.

 

Een aantal kunstenaars maakt werk dat geworteld is in de fundamentele schilderkunst. Martijn Schuppers gebruikt diverse materialen en technieken in een reeks gecontroleerde handelingen om de verf tot leven te wekken op ongekende wijzen. De jonge kunstenaars Wouter Nijland en Doeko Berghuis bepalen de handelingen die tot een kunstwerk leiden van te voren. Hun werkwijzen levert werk op waarin zowel systematiek als toeval een rol spelen. Koen Delaere zou men een schilder ‘pur sang’ kunnen noemen. Hij incorporeert manieren en technieken, zoals die in de loop der tijd zijn ontwikkeld, in zijn werk. Informele technieken, repeterende handelingen, texturen, structuren enz. kan allemaal gebruikt worden in schilderijen waarin kleur en materiaal het werk bepalen.

 

Jan Scheerhoorn en Twan Janssen zou men eerder conceptuele kunstenaars kunnen noemen, dan schilders. Scheerhoorn schildert op kleine doekjes ‘het licht weg’. In de omstandigheden waarin het werk wordt gemaakt wordt de lichtval op een doek opgelost tot een monochroom grijs. In een andere omgeving opgehangen openbaren zich weer de tonaliteiten aan grijs en wordt het werk een ‘abstract schilderij’. Twan Janssen speelt de rol van ‘kunstenaar Twan janssen’. De kunstenaar Twan Janssen maakt werk dat weer een rol speelt in dit rollenspel. Toch maakt de rolspelende Twan Janssen prachtig - vaak zeer arbeidsintensief - werk. Het ophangen van twee werken op deze groepsexpositie is weer een onderdeel van het ‘rolspel’; in onze ogen ook een ironisch commentaar op maatschappelijke codes (kunstenaar - galerie - markt - marktwaarde etc.)

 

Cecilia Vissers tenslotte is van oorsprong beeldhouwer, wat in het materiaalgebruik - aluminium, al dan niet geanodiseerd - te zien is. Het werk aan de wand bestaat uit het materiaal zelf en minieme ingrepen met referenties aan landschap.

 

Van- en over de presentaties CM- deel 5 - die plaatsvond in januari 2010 - en CM - deel 6

samen geeft K09 een publicatie uit. Dit is deel drie in de reeks Colour Matter boeken. Voor dit deel schreef David Stroband - docent kunstbeschouwing aan de Academie Minerva - een essay. Hierin stelt hij een aantal vragen met betrekking tot de kunst zoals die in K09 wordt getoond en met betrekking tot de rol en functie van een instelling als K09.

Hij gebruikt daarbij onder meer de term ‘reservaat’. Overigens werd het artikel geschreven vanuit een positieve instelling ten opzichte van K09 en de daar gepresenteerde kunst.

Hierover nog het volgende: de beeldende kunst in K09 is over het algemeen gemaakt en bedoeld als autonoom kunstwerk. Bedoeld ook om een zekere ‘schoonheid’ te verbeelden. Met kleur, materiaal, vorm, idee worden werken gemaakt die mooi zijn, spannend, verassend of uitnodigen tot reflectie.

In de beeldende kunst lijkt er een soort tweedeling te ontstaan van aan de ene kant kunst en kunstenaars, die vanuit een lange historische traditie - waarin criteria als kleurgebruik, compositie, concept enz. een rol spelen - hun werk maken en daar in meer of minder mate vernieuwende aspecten aan toevoegen. Dit is ook kunst die er baat bij heeft te worden getoond in omstandigheden waar het het beste tot zijn recht komt en vaak is dat dan een zogenaamde ‘white cube’. En aan de ander kant is er tegenwoordig kunst, die zich geheel onttrekt aan dergelijke criteria. Kunst waarbij de kunstenaar kokkerelt, therapeutische gesprekken aangaat, sociale interventies pleegt of maatschappelijke instellingen nabouwt of imiteert. Deze soort kunst is in het geheel niet gebaat bij een soort ‘white cube’, integendeel. Ons brengt het soms terug naar de jaren zeventig van de vorige eeuw, toen er nog sociale academies bestonden en actiegericht ‘wetenschappelijk’onderzoek.

Beide kunstuitingen hebben nagenoeg niets met elkaar te maken.

De laatste is overigens wel favoriet bij overheden en subsidiegevers.

 

U zult van ons niet horen dat de een geen bestaansrecht zou hebben en de ander wel.

Beide hebben een eigen publiek en in beide worden ook interessante en goede dingen gedaan en gemaakt. En waar het met de kunst ‘naar toe gaat’ en of ‘de beeldende kunst’ überhaupt nog bestaansgrond of enige relevantie houdt is moeilijk te voorspellen.

Vooralsnog zijn er in K09 toch weer een aantal mooie en interessante kunstwerken te zien.

www.doekoberghuis.nl
José Heerkens , Passing Colours IV, 2009, 35 x 35 cm, oil on linen-w
www.michaelberkhemer.com
www.koendelaere.nl
www.twanjanssen.com
www.wouternijland.nl
www.marthascheeren.com
www.janscheerhoorn.nl
www.wimbiewenga.nl
COLOUR MATTERS #6
www.schuppers.com
www.ceciliavissers.nl
www.doekoberghuis.nlwww.michaelberkhemer.comwww.koendelaere.nlwww.twanjanssen.comwww.wouternijland.nlwww.marthascheeren.comwww.janscheerhoorn.nlwww.wimbiewenga.nlwww.schuppers.comwww.ceciliavissers.nl